Hoe staat de atmosfeer ervoor? Tweemaal per dag beoordelen KNMI-meteorologen de weermodellen in deze synoptische analyse - de analyse van de huidige toestand van de atmosfeer - en ze kijken naar wat de modellen zeggen over de nabije toekomst.
Korte termijn tot +48 uur | Meerdaagse modelbeoordeling
Synoptische situatie
Een lagedrukgebied ten westen van Schotland houdt een zuidelijke stroming in stand. Op enige hoogte (vanaf ca. 700 hPa) ligt een barocliene zone net ten oosten van ons land. Hierin trekt een zwakke stabiele golf langs de oostgrens noordwaarts. Een langgerekte N-Z georiënteerde hoogtetrog ligt momenteel boven het westen. Aan de grond zien we boven het noordwesten van de FIR nog een restant van een convergentielijn, die snel noordwaarts weg trekt. Deze trog passeert vannacht, overdag gevolgd door een hoogterug. De barocliene zone trekt hiermee oostwaarts. Een secundair laag bij Lands End trekt over Engeland naar Schotland. De bijbehorende zwakke occlusie trekt noordoostwaarts en bereikt het zuidwesten in de loop van de middag. Deze occlusie passeert in de avond en nacht en neemt daarbij verder in intensiteit af. Na passage van de occlusie zien we boven zee in het westen van de FIR weer een convergentielijn ontstaan. In de nacht naar vrijdag trekt een volgende hoogtetrog over het westen van de FIR noordoostwaarts. In de loop van vrijdagavond nadert een warmtefront occlusie het zuidwesten. Daar vooruit wordt op hoogte warmere lucht aangevoerd. Gedurende de hele periode is de opbouw vanwege de continentale aanvoer vrij stabiel en is het vochtig in een ondiepe grenslaag.
Modelbeoordeling
In de EC modeluitvoer is het volledig opgeklaard boven België en Noord-Frankrijk. In de waarnemingen zien we op veel plaatsen Sc-velden, die zitten ook in de Har43 uitvoer. De stratus, die met name in de eerdere Har43 uitvoer werd berekend, zien we niet in de waarnemingen. Deze St zou volgens het model vannacht het zuidwesten van het land binnenlopen. De kans hierop lijkt, gezien de actuele situatie en de trend in het model, steeds kleiner. Aandachtspunt is wel dat de progtemps van beide modellen dicht bij verzadiging zitten in de onderste 500-1000 vt, dus het is niet helemaal uitgesloten. Beide modellen laten in de loop van de nacht en met name in de ochtend stratus ontstaan in het noordoosten. Dit lijkt daar wel waarschijnlijk, omdat de lucht daar enigszins vochtiger is (Td=5-6°C i.p.v. 4°C) dan in de rest van het land en de wind in de ochtend toeneemt (turbulentie stratus). EC berekent in het noorden lokaal mist. Mist op grote schaal lijkt niet zo waarschijnlijk, omdat er veel meer wolkenvelden aanwezig zijn dan in de EC-uitvoer, die daardoor dus (op veel plaatsen) te koud is. Boven het westen staat momenteel ook wat meer wind dan in de modeluitvoer, waardoor mist(banken) daar niet waarschijnlijk zijn. Een enkele mistbank in een langdurige opklaring is vannacht echter wel mogelijk. De St in het noordoosten kan tot aan het begin van de middag aanwezig blijven. Na passage van de occlusie zien we in beide modellen weer op uitgebreide schaal St. Har43 heeft dit wel veel eerder en uitgebreider (vooral naar het oosten toe). Boven België en Frankrijk zijn opklaringen en ontstaat in beide modellen in de nacht mist. Har43 laat de mist vooral de zee oplopen en oplossen, EC berekent dit dan ook boven het westen van het land. Met het krimpen van de wind op nadering van de warmtefront occlusie beperkt de St zich in de loop van vrijdag steeds meer tot het westen en noorden.
Aandachtspunten
Wind
Zuid tot zuidoost 6 Bft op nadering van de occlusie. Net buitengaats zien we een signaal voor 7 Bft, dit staat uit voor de westelijke Noordzeedistricten. Vrijdagavond sterk toenemende wind op nadering van de warmtefront occlusie, we zien dan 7-8 Bft in beide modellen boven het uiterste zuidwesten van de FIR, met daarbij (buitengaats) zware windstoten.
Zicht
Vannacht en komende ochtend lokaal nevel, kans op een mistbank in een langdurige opklaring. In de nacht naar vrijdag en vrijdagochtend nevel en mogelijk mist in het (zuid)westen, volgens EC kan het tot in de middag duren voordat het verbetert.
Temperatuur
EC is grootschalig te koud vannacht vanwege te veel opklaringen. Wel zien we lokaal in opklaringen de temperatuur kortdurend snel dalen (tot 2°C). Vanavond zijn er in het noordoosten opklaringen en daalt de temperatuur tot dicht bij het vriespunt. Gladheid wordt niet verwacht omdat de wegen overwegend droog zijn (en de wegdektemperatuur niet tot onder nul daalt). Met het naderen van de occlusie loopt de temperatuur langzaam weer op. Vrijdag overdag is de temperatuur afhankelijk van of er mist aanwezig is in het model, EC berekent in het westen dan een graad of 3-4. Elders is EC enkele graden warmer dan Har43 omdat het model daar juist droger is (dunnere bewolking met hogere wolkenbasis).
Bewolking
In het noordoosten aan het einde van de nacht en in de ochtend kans op (turbulentie) St. Verder na passage van de occlusie met name in het midden en westen van het land en in het kustgebied op uitgebreide schaal St, kans op mist in het uiterste zuidwesten (zie modelbeoordeling). Bij de convergentielijnen boven de Noordzee Cb's, toppen tot rond FL200, met name nabij de hoogtetroggen.
Neerslag
In het uiterste oosten vannacht lichte regen op de golf in de barocliene zone. Op de occlusie lichte regen en motregen. Bij de convergentielijn enkele buien (multicell), afgelopen avond is er nog onweer waargenomen, maar dit is vanaf nu erg onwaarschijnlijk door het oostwaarts weglopen van de hoogtetrog. We zien de CAPE (aanvankelijk rond 400 J/kg ook sterk afnemen). Na passage van de occlusie bij de volgende convergentielijn is er weer kans op onweer tijdens passage van de hoogtetrog, met name in het zuidwesten van de FIR (CAPE weer rond 400 J/kg).
geldig tot donderdag 04 december 2025 24.00 locale tijd
Synoptische ontwikkeling
Gedurende de hele periode hebben we voornamelijk te maken met een meanderende zonale stroming. Een groot lagedrukgebied nadert vrijdag de Britse Eilanden, maar dit laag komt daar zaterdag recht onder een hoogtelaag te liggen en vult dan snel op. Bij ons passeert zaterdag op zondag een bijbehorende opvullende hoogtetrog. Zondag op maandag passeert mogelijk een actievere randstoring ons land. De eerste helft van de volgende week bouwt boven centraal en zuidoost Europa weer een hoogterug op, terwijl op de oceaan een sturend laag min of meer stationair zuid van IJsland ligt. Geregeld passeren storing dan ons aandachtsgebied en wordt er vooral vanaf zondag zeer zachte lucht aangevoerd.
Modelbeoordeling en onzekerheden
De aanzet naar een min of meer zonale (zuidwest) stroming vanaf het weekeinde van 6/7 december zit in vrijwel het gehele ensemble. Wel is er met name zondag op maandag nog wel behoorlijk grote onzekerheid m.b.t. de koers en activiteit van de genoemde randstoring. Qua windsnelheid zit de Oper wel helemaal boven in het ensemble, de kans op zware windstoten is heel klein. Wel is duidelijk dat er een zeer zachte episode aan komt in de eerste helft van de volgende week. De verdere ontwikkeling laat nog steeds een (lichte) voorkeur zien voor een voortzetting van het zonale patroon, waarbij het patroon boven ons aandachtsgebied wel weer tijdelijk diffluent kan worden in de tweede helft van de volgende week. Eventuele storingen daardoor mogelijk slechts in afgezwakte vorm door. Vanaf het weekeinde van 13/14 december zien we een toenemend aantal EPS-leden neigen naar een geblokkeerd patroon met hogedruk invloed.
Samenvatting meerdaagse-periode
Vrijdag af en toe zon en vrijwel overal droog. Vanaf zaterdag overgang naar een (zeer) zacht weertype met geregeld regen of enkele buien.
Samenvatting EPS-periode
Grote kans (70-80%) op voortzetting van het zachte weertype met af en toe regen.
Geldig van vrijdag 05 december tot woensdag 17 december